Op maandag 8 maart 2010 vertrekken de studenten van de Bachelor in de Orthopedagogie en de Lerarenopleiding Lichamelijke Opvoeding van Hogeschool-Universiteit Brussel (HUB) voor de 36e keer op kamp met personen met een fysieke of visuele handicap. Ze begeleiden hun gasten waar nodig bij hun dagelijkse bezigheden. De studenten Lichamelijke Opvoeding zorgen ook voor sportieve en recreatieve activiteiten. De kampweek biedt de studenten een betere kijk op personen met een handicap en op de waarde van diversiteit. In de tweede kampweek (zie infra) leiden KUL-studenten van de Master Lichamelijke Opvoeding, specialisatie Aangepaste Sporten de bewegingsactiviteiten.Bachelorstudenten Orthopedagogie hebben later, in hun beroepsleven als opvoeder, vaak personen met een handicap als cliënt. “Daarom is het goed dat de studenten al tijdens hun studie met hen kennismaken”, vertelt coördinatrice en HUB-docente Karin Bultiauw. “Het kamp vormt een vast onderdeel van de opleiding. Tegelijk illustreert het de maatschappelijke waarde van diversiteit, wat het ook voor andere studenten bijzonder interessant maakt. In wezen gaat diversiteit over samenleven, over hoe mensen met elkaar omgaan. Via speelse en sportieve ervaringen, maar ook via het dagelijks samenleven, krijgt dat thema concreet vorm en overwinnen onze studenten hun drempelvrees en angst. Voor velen is het immers de eerste keer dat ze een blinde persoon ontmoeten of een rolstoelgebruiker helpen bij zijn verzorging. De studenten leren ook focussen op de mogelijkheden van de mensen die ze begeleiden, en niet op hun beperkingen. Tegelijk oefenen ze in de praktijk competenties zoals individueel werken en werken in teamverband. Meteen leren onze studenten ook reflecteren over hun eigen gedrag en functioneren. Dat is een zeer belangrijk aspect van hun latere beroepshouding.”Echt contact via sport en spel De kampweek wordt al voor de 36ste keer georganiseerd en vindt plaats in het Bloso-sportcentrum Netepark in Herentals. Alle deelnemers, met of zonder handicap, leven intensief samen en nemen deel aan een goedgevuld programma met bewegings- en vrijetijdsactiviteiten. Per dag staan vijf uur aangepaste sporten en beweging (balspelen, conditietraining, dans, boccia, zwemmen, badminton, judo… ) op de agenda, afgewisseld met vrijetijds- en avondactiviteiten (percussie, karaoke, relaxatie, praatcafé…). “We hadden ook voor een ander medium kunnen kiezen, maar sport en beweging zijn dé activiteiten om echt contact te realiseren tussen studenten en mensen met een handicap”, weet Karin Bultiauw. “De activiteiten bieden zowel de student als de persoon met een handicap een uitdaging en laten hen aan den lijve ervaren wat ‘inclusie’ kan betekenen. Voor de meeste studenten is het bijvoorbeeld niet vanzelfsprekend om samen met een sportieve rolstoelgebruiker rolstoelbasket te spelen.” Grote verscheidenheid qua zorgvraag De studenten begeleiden in teams groepjes van deelnemers. Dankzij een doorschuifsysteem kan elke student met elke groep deelnemers activiteiten beleven. Onder de deelnemers met een handicap heerst er immers een grote verscheidenheid. Er nemen rolstoelgebruikers deel die zelfstandig functioneren en zelfs op competitief niveau sporten, maar ook personen met een visuele handicap. Andere deelnemers hebben dan weer een fysieke handicap die zo beperkend is dat ze voor bijna alles op ondersteuning zijn aangewezen. Zij krijgen een team van studenten toegewezen met wie ze soms een kamer delen. De studenten verlenen assistentie tijdens activiteiten van het dagelijkse leven. Dat kan gaan om hulp bij het toiletbezoek, het douchen, het aan- en uitkleden of om begeleiding van de personen met een visuele handicap.[b]Stevige voorbereiding op topervaring[/b]De deelnemers aan het kamp zijn afkomstig uit heel Vlaanderen. Meestal gaat het om personen met een handicap die specifiek geïnteresseerd zijn in sport, maar er zijn ook patiënten bij uit revalidatiecentra. Voor iedereen zijn aangepaste activiteiten voorzien. Voor de deelnemers is het kamp een week vakantie en een unieke gelegenheid om actief te zijn met jonge mensen. Alle deelnemers zijn bovendien bereid om de studenten in te lichten over hun handicap. Medecoördinatrice en HUB-opleidingscoördinator Lieve Duthoy: “Deelnemers en studenten hebben elkaar nodig: personen met een handicap hebben begeleiding nodig en studenten informatie en ervaring. Vóór het kamp voelen de studenten zich wat onzeker. De kampweek wordt daarom voorafgegaan door voorbereidende projectdagen. Studenten kunnen dan al een aantal getuigenissen beluisteren en leren ook specifieke vaardigheden aan, zoals rolstoelrijden, hygiënische begeleiding, het Lormalfabet… Achteraf blijkt het kamp voor de meeste studenten een echte meevaller. Heel wat studenten vinden het een van de belangrijkste ervaringen uit hun hele opleiding.”[b]Praktisch[/b]Omdat er ieder jaar meer en meer mensen willen deelnemen aan het kamp, organiseert de HUB twee kampweken. Het eerste kamp vindt plaats van 8 tot en met 12 maart 2009, het tweede van 22 tot en met 26 maart 2010. Het kamp gaat door in het Bloso-sportcentrum Netepark, Vorselaarsebaan 60 in 2200 Herentals.